Maar het wegvegen van te kwader trouw van belanghebbende is niet gemotiveerd.

Taxlive 21/3/2022
Bron: Rechtbank Zeeland-West-Brabant 10-03-2022 (publicatie 17-03-2022) AWB – 19 _ 2483 ECLI:NL:RBZWB:2022:1257

https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:RBZWB:2022:1257

Samenvatting

Artikel 16 AWR De inspecteur heeft een navorderingsaanslag IB/PVV opgelegd. De echtgenoot van belanghebbende was betrokken bij een SPF. De rechtbank is van oordeel dat er geen sprake is van een nieuw feit, omdat er geen nieuwe feiten bekend zijn geworden na het opleggen van de primitieve aanslag. De inspecteur voert daarnaast aan dat belanghebbende te kwader trouw is geweest, vanwege het niet kruisen van de APV-vraag in de aangifte. De rechtbank oordeelt dat er geen causaal verband is tussen deze gedraging en het te weinig heffen van belasting bij belanghebbende.

Opmerking

Een deels terechte uitspraak van de Rechtbank (rechter Bastiaansen cs). De inspecteur heeft ter zitting aangegeven, dat de feiten bij de navordering niet anders zijn dan die bij het opleggen van de primitieve aanslag. Kennelijk heeft de inspecteur in het overleg met de echtgenoot en gemachtigde van belanghebbende nog de volgende waarschuwing afgegeven:

“We hebben u uitgelegd wat de gevolgen voor de Nederlandse belastingheffing zijn van uw betrokkenheid bij [SPF] . Het belangrijkste is dat alle bezittingen en schulden, inkomsten en kosten van de SPF aan u toegerekend worden. Dat betekent dat de winst bij de verkoop van de domeinnaam ook aan u toegerekend wordt en bij u belast is. Ik verzoek u hier rekening mee te houden in uw aangifte IB/PVV van het jaar waarin de verkoop heeft plaatsgevonden.”

Dan kan de rechter natuurlijk niets anders beslissen over het nieuwe feit dan alsvolgt.

4.4. De rechtbank is van oordeel dat er geen sprake is van een nieuw feit gelet op de gang van zaken. De inspecteur heeft ter zitting aangegeven dat er geen nieuwe feiten bekend zijn geworden na het opleggen van de primitieve aanslag aan belanghebbende. De blijvende onduidelijkheid omtrent (de financiën van) de SPF, de activa-passiva transactie van de B.V. en de boekhoudkundige verwerking daarvan in relatie tussen die partijen en belanghebbende, kan niet worden aangemerkt als een nieuw feit.”

Te kwader trouw

Wat betreft het beroep van de inspecteur op te kwade trouw als grondslag voor navorderen wijst rechter Bastiaansen op Hoge Raad 11 juni 1997, ECLI:NL:HR:1997:AA2158.

https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:HR:1997:AA2158

Die grondslag is er slechts indien de te kwader trouw gedraging heeft veroorzaakt een te lage aanslag. Maar ook al zou de gedraging te kwader trouw zijn, dan nog ontbreekt in deze casus het causaal verband met de aanslag. De inspecteur was immers ruim voor het opleggen van de primitieve aanslag aan belanghebbende bekend met het feit dat de echtgenoot van belanghebbende betrokken was bij de SPF. Aldus rechter Bastiaansen.

4.6. De rechtbank stelt voorop dat de grondslag tot navorderen bij kwade trouw er slechts is indien, voor zover hier van belang, het gedrag te kwader trouw heeft veroorzaakt dat een te lage aanslag is opgelegd.3 De rechtbank is van oordeel dat, veronderstellenderwijs ervan uitgaande dat het niet kruisen te kwader trouw is gebeurd, er geen causaal verband is tussen deze gedraging en het te weinig heffen van belasting bij belanghebbende. De inspecteur was immers ruim voor het opleggen van de primitieve aanslag aan belanghebbende bekend met het feit dat de echtgenoot van belanghebbende betrokken was bij de SPF. Andere feiten en omstandigheden op basis waarvan geoordeeld moet worden dat sprake is van kwade trouw zijn niet gesteld.”

Maar wat betekent dit nu? Belanghebbende krijgt aan haar broek een navordering. In de navorderingsaanslag wordt over een bedrag van € 16.000 (bestaande uit 50 percent van € 50.000 min € 18.000 (verkrijgingsprijs aandelen B.V.)) als inkomen uit aanmerkelijk belang nagevorderd.

Dat de inspecteur kennis heeft van de betrokkenheid van de echtgenoot bij de SPF vóór de primitieve regeling is geen nieuw feit die navordering rechtvaardigt. Maar dat heeft de rechter al eerder in haar oordeel meegenomen. De belanghebbende weet van de schriftelijke waarschuwing van de inspecteur over de gevolgen van betrokken te zijn bij een SPF. Desondanks heeft belanghebbende de vraag niet aangekruist. Belanghebbende moet dit expres achterwege hebben gelaten. Te kwader trouw volgens de inspecteur. Maar is door het achterwege laten van dit kruisje ook meteen een grondslag gegeven voor de navordering? Dat causale verband zou er niet zijn volgens de rechter. Dat moet dan zo uitgelegd worden naar mijn mening, dat het helemaal niet zeker is en kennelijk onvoldoende door de inspecteur onderbouwd, dat er een AB inkomen aan belanghebbende moet worden toegerekend. Mocht dat de uitleg zijn, dan schiet de rechtbank wel tekort in haar motivering. Immers, door het ontbreken van het nieuwe feit is de juistheid van de navorderingsaanslag niet eerder beoordeeld door de rechter.

Dan ligt een hoger beroep van de inspecteur op dit punt wel voor de hand.

Ricky Turpijn

Aanbevolen artikelen

Een reactie plaatsen

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *