Citaat Fernand Auwera: “Verzinsels groeien altijd op een bodem van waarheid”

Taxlive 30/11/2022 VNVandaag 29/11/2022
Bron: Gerechtshof ‘s-Hertogenbosch 28-09-2022 (publicatie 23-11-2022) 21/00255 tot en met 21/00257 ECLI:NL:GHSHE:2022:3283

https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:GHSHE:2022:3283

Samenvatting

X doet aangifte inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen als buitenlands belastingplichtige. Op basis daarvan stelt de inspecteur de definitieve aanslag IB/PVV2016 vast. X komt in bezwaar en dient daarbij een gecorrigeerde aangifte IB/PVV 2016 in, waarin X een hoger bedrag aan ingehouden loonheffing claimt. Uit het dossier en de systemen van de Belastingdienst blijkt niet dat een hoger bedrag aan loonheffingen is ingehouden. De inspecteur handhaaft de aanslag. X komt tevergeefs in beroep bij de rechtbank. In hoger beroep klaagt X dat de systemen zijn gemanipuleerd en het dossier niet compleet is.

Hof ‘s-Hertogenbosch stelt vast dat de inspecteur alle op de zaak betrekking hebbende stukken heeft ingebracht. Het hof oordeelt dat X de door hem gestelde strijd met algemene beginselen van behoorlijk bestuur niet aannemelijk maakt. Het verzoek om schadevergoeding neemt het hof niet in behandeling. Hoger beroep ongegrond.

Opmerking

De rechters in Nederland hebben overvolle agenda’s. Dan vraag je je af waar dat dan door komt. De uitspraken in rechtspraak.nl geven een inkijkje voor een mogelijke oorzaak. Zo heeft onderstaande procedure bij het Hof (en daarvoor bij de rechtbank) over de inkomstenbelasting 2016 geen enkele zin. Belastingplichtige slaat in het rond met beschuldigingen van een gemanipuleerd administratief systeem van de belastingdienst, een niet ethisch optredende inspecteur en tenslotte met het complot, dat de inspecteur met zijn echtgenote, waarmee hij in scheiding lag, had gesmeed. Daardoor zou de juiste aangifte niet door de inspecteur zijn behandeld en heeft de inspecteur niet alle op de zaak betrekking hebbende stukken overgelegd. Het Hof schiet daarbij belastingplichtige te hulp door zijn tirade te vertalen in een schending van beginselen van behoorlijk bestuur door de inspecteur. Zijn ontkenning, dat de oorspronkelijke aangiften (waarop de aanslag rust) niet door hem zijn ingediend, worden niet door de rechter aanvaard om belastingplichtige te beschermen. Immers, daarmee zou de grond voor zijn hoger beroep komen te vervallen. Maar het inbrengen van een verzonnen (hogere) loonheffing in een verzonnen ingediende aangifte inkomstenbelasting in de fase van het hoger beroep accepteert de rechter ook niet. De rechter gelooft de inspecteur, dat alle stukken aanwezig zijn. Van enig schending van een beginsel door de inspecteur is geen sprake. De hogere loonheffing zou afkomstig zijn van zijn BV’s. Niet aannemelijk, omdat die volgens zijn eigen verklaring in 2016 zijn opgeheven. Het hoger beroep is ongegrond en voor de gevraagde schadevergoeding etc. is zeker geen plaats.

Overigens wijst belastingplichtige er op, dat in de aangifte naast pensioenuitkeringen ook inkomsten van Belastingdienst Douane zouden zijn. Opmerkelijk: een belastingdienstmedewerker. Het Hof slaat daar niet op aan. Dat zou mogelijk wel een ingang kunnen zijn voor een proceskostenvergoeding voor de inspecteur (die daar niet om heeft gevraagd) vanwege misbruik van procesrecht van belastingplichtige. Art 8:75 AWB en het Besluit proceskosten bestuursrecht geeft die mogelijkheid. De rechter heeft hier geen gebruik van gemaakt, maar het zou wel een goed signaal zijn geweest om eens op te houden met die flauwekul, waarmee het Nederlands rechtssysteem wordt ontwricht. Maar het zou zo kunnen zijn, dat de Hoge Raad met deze kansloze, feitelijke zaak wordt lastiggevallen.

Ricky Turpijn

Aanbevolen artikelen

Een reactie plaatsen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *