Citaat Fons Jansen: “Auto: een onmisbaar hulpmiddel bij het zoeken van een parkeerplaats”

Taxlive 13/5/2022
Bron: Gerechtshof Den Haag 19-04-2022 (publicatie 10-05-2022) BK-21/01138 ECLI:NL:GHDHA:2022:657

https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:GHDHA:2022:657

Samenvatting

X is het niet eens met een naheffingsaanslag parkeerbelasting. X stelt dat geen sprake was van parkeren maar van het “onmiddellijk instappen van personen”. In dat geval hoeft geen parkeerbelasting te worden voldaan.

Hof Den Haag oordeelt dat onder het “onmiddellijk instappen van personen” niet wordt verstaan de tijd waarin de auto wordt achtergelaten om een passagier op te halen. Alleen die handelingen tellen mee die een daadwerkelijk instappen in de auto vormen en die plaatsvinden in de directe nabijheid van de auto, zoals het openen en sluiten van een portier en gaan zitten in de auto. Het hof legt uit dat een passagier wel een redelijke tijd moet krijgen voor het onmiddellijk instappen waarbij rekening moet worden gehouden met de omstandigheden van het geval. In zoverre is “onmiddellijk” een relatief begrip. In dit geval waren er meer handelingen dan alleen het daadwerkelijk instappen omdat X naar het appartementencomplex is gelopen om zijn passagier op te halen. X maakt een vergelijking met taxichauffeurs en pakketbezorgers, maar het hof wijst het beroep op het gelijkheidsbeginsel af. Het hoger beroep van X is ongegrond.

Opmerking

Dat in- en uitstappen is wel een dingetje aan het worden. Recentelijk heeft rechtbank Zeeland-West-Brabant ook een geval van in- en uitstappen behandeld (09-02-2022 (publicatie 07-03-2022) AWB- 21_410 ECLI:NL:RBZWB:2022:444).

https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:RBZWB:2022:444

https://jurisprudentiemeteenglimlach.nl/?p=1677

Voor de eigen praktijk is ro 5.6 van het Hof interessant. Het Hof (rechters Zandhuis/Kroon/Bosman) geeft een invulling van wat onmiddellijk instappen is.

5.6. Naar het oordeel van het Hof kunnen onder het begrip “onmiddellijk instappen van personen” slechts die handelingen worden verstaan die een daadwerkelijk instappen in de auto vormen en die plaatsvinden in de directe nabijheid van de auto, zoals het openen en sluiten van het portier en het gaan zitten in de auto. Het (gedurende enkele minuten) op de parkeerplaats achterlaten van de auto om een passagier op te halen kan niet onder de tijd die nodig is voor en wordt gebruikt tot het onmiddellijk instappen van een passagier worden begrepen. Wel moet een passagier een redelijke tijd krijgen voor het onmiddellijk instappen. Daarbij moet rekening worden gehouden met de omstandigheden van het geval. In zoverre is “onmiddellijk” een relatief begrip.

Het Hof kent dus een escape voor haar definitie van wat instappen is, namelijk de vereiste redelijke tijd én de omstandigheden van het geval. Daarmee brengt het Hof het spel weer op de wagen en kunnen parkeerders naar hartelust gaan invullen. In ieder geval is het geen escape om na uitstappen 30 meter te lopen om de passagier op te halen én er minimaal 5 minuten over te doen om weer in te stappen. Maar 20 meter én 4 minuten wel? In de eerder genoemde casus voor rechtbank Zeeland-West-Brabant ging het om het onmiddellijk instappen van een dochter, die meervoudig gehandicapt was. Het instappen nam meer tijd in beslag en de rechtbank ging daarin mee. Er was geen sprake van kortstondig parkeren. Het lijkt mij, dat het Hof via haar escape de rechtbank zou hebben ondersteund. Maar niet bekend is of hoger beroep door heffingsambtenaar in die casus is aangetekend.

Ricky Turpijn

Aanbevolen artikelen

Een reactie plaatsen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *