Citaat Bernard Shaw: “De optimist vindt het vliegtuig uit, de pessimist de parachute”

Taxlive 16/6/23 VNVandaag 16/6/23
Bron: Hoge Raad 16-06-2023 20/03943

https://uitspraken.rechtspraak.nl/#!/details?id=ECLI:NL:HR:2023:922

Samenvatting

X bv koopt in november 2014 voor $ 8.050.000 een vliegtuig. De aanbetaling bedraagt $ 2.050.000. Het restant van de koopsom is verschuldigd op het moment van levering van het vliegtuig. De levering vindt plaats in 2015 en de resterende koopsom wordt in april 2015 voldaan. X bv hanteert de euro als functionele valuta. Het vliegtuig wordt ultimo 2014 op de fiscale balans opgenomen voor een bedrag van € 6.430.000 ($ 8.050.000 x de omrekenkoers op het moment van aankoop). Daarnaast neemt X bv, op het moment van aankoop van het vliegtuig, voor de resterende koopsom ($ 6 mln), een betalingsverplichting op van € 4.793.000. Deze verplichting bedraagt eind 2014, door de stijging van de dollar, € 4.958.000. X bv brengt zodoende een niet-gerealiseerd valutaverlies van € 165.000 in aftrek. De inspecteur is van mening dat het valutaverlies onmiddellijk en onlosmakelijk samenhangt met de aankoop van het vliegtuig en als onderdeel van de kostprijs moet worden geactiveerd. Hof Den Haag oordeelt dat het in strijd met goed koopmansgebruik is om het ongerealiseerde valutaverlies in aftrek te brengen. Het gelijk is aan de inspecteur. X bv gaat in cassatie en stelt dat volgens het realiteitsbeginsel het ongerealiseerde valutaverlies en een even grote ongerealiseerde valutawinst niet in samenhang beschouwd hoeven te worden.

De Hoge Raad oordeelt dat het in strijd met goed koopmansgebruik is om in 2014 een valutaverlies op de verplichting tot betaling van het restant van de koopsom van het vliegtuig ten laste van de winst te brengen. De Hoge Raad merkt daarbij op dat activering van de aanschaffingskosten van het vliegtuig moet plaatsvinden in de valuta waarin X bv zijn belastbare bedrag berekent en dat de te activeren koopsom moet worden vastgesteld naar de situatie op het moment van levering. Voor X bv betekent dit dus dat de volledige koopsom uitgedrukt in euro’s definitief komt vast te staan op het moment van levering. Vervolgens wordt de koopsom via afschrijving toegerekend aan de jaren waarin het vliegtuig wordt gebruikt. Het is niet toegestaan dat vóór de levering intredende wijzigingen van die koopsom door valutakoersveranderingen als baten of lasten tot de winst worden gerekend van het jaar waarin die veranderingen zich voordoen. Het beroep in cassatie is ongegrond.

Opmerking

Goed koopmansgebruik brengt mee dat de koopsom van een bedrijfsmiddel, die behoort tot de aanschaffingskosten daarvan, op de fiscale balans wordt geactiveerd en wel uiterlijk op het moment van levering van het bedrijfsmiddel. Aldus de HR in onderstaand arrest. In dit geval behoort de koopsom van het vliegtuig tot de aanschafkosten. Een deel van de koopsom van een vliegtuig is betaald in 2014 en de rest bij levering van het vliegtuig in 2015. Een Vpb vraagstuk.

Heeft de HR nu een algemeen oordeel gegeven of specifiek alleen voor dit geval. Immers, in haar rechtsoverweging 3.3.2 worden de kenmerken van de casus opgesomd: “In een geval als dit waarin voor een bedrijfsmiddel

(i) een koopsom is overeengekomen in een andere valuta dan waarin de belastingplichtige zijn belastbare bedrag berekent (hierna: vreemde valuta),

(ii) deze koopsom geheel of voor een deel op een later tijdstip, bijvoorbeeld bij de levering, wordt betaald, en

(iii) de koers van die vreemde valuta ten opzichte van de euro of een andere functionele valuta verandert na het sluiten van de koopovereenkomst, kan daardoor een wijziging optreden van de koopsom uitgedrukt in euro’s of in een andere functionele valuta”. De HR sluit aan bij het definitief worden van de koopsom. En wanneer is dan dat moment? Het moment van levering of – indien van toepassing – op het eerdere moment van betaling. Mocht bij levering de koopsom nog niet volledig betaald zijn – dus dan is in mijn woorden de koopsom nog niet definitief, dan leiden “na dat moment optredende veranderingen van de koers van de vreemde valuta waarin die koopsom is overeengekomen, daarom niet tot een wijziging van de te activeren koopsom”. Nadrukkelijk zegt de HR dat die laatste situatie in deze casus zich niet voordoet.

De HR oordeelt: “Als onderdeel van de aanschaffingskosten van het bedrijfsmiddel dient de koopsom in de regel door middel van afschrijving op de voet van artikel 3.30 Wet IB 2001 te worden toegerekend aan de jaren waarin het bedrijfsmiddel in de onderneming van de belastingplichtige wordt gebruikt. In verband daarmee is het niet toegestaan dat vóór de levering intredende wijzigingen van die koopsom ten gevolge van de hiervoor in 3.3.2 bedoelde valutakoersveranderingen, als baten of lasten worden gerekend tot de winst van het jaar waarin die veranderingen zich voordoen.

En hoe werkt dit dan uit in onze casus?

Belanghebbende mag de toename van haar betalingsverplichting (door valutaverlies) niet ten laste van haar winst 2014 brengen, maar moet daartegenover een even groot bedrag activeren. Daarmee wordt een last weggestreept tegen een bate.

Ik neem aan, dat na definitieve vaststelling van de geactiveerde koopsom (in euro’s) bij levering in 2015 de daarna ontstane valutaverliezen via afschrijving wél ten laste van het resultaat mag worden gebracht.

Ricky Turpijn

Aanbevolen artikelen

Een reactie plaatsen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *