Citaat John F Kennedy:”Forgive your enemies, but never forget their names”
Taxlive 5/11/24 VNVandaag 4/11/24
Bron: Gerechtshof ‘s-Hertogenbosch 10-04-2024 (publicatie 24-04-2024) 22/01270 ECLI:NL:GHSHE:2024:1208
https://uitspraken.rechtspraak.nl/details?id=ECLI:NL:GHSHE:2024:1208
Samenvatting
X woont sinds 1969 op hetzelfde adres in Nederland. Aan X zijn aanslagen watersysteemheffing ingezetenen en zuiveringsheffing woningen over 2019 opgelegd. X stelt dat de aanslagen ten onrechte zijn opgelegd, omdat hij geen ingezetene is, maar staatsburger van de Republiek der Verenigde Staten van Indonesië.
Hof ’s-Hertogenbosch oordeelt dat de aanslag watersysteemheffing terecht is opgelegd. Volgens de basisregistratie personen heeft X gebruik van woonruimte in het gebied van het waterschap. Op welke manier de inschrijving in de basisregistratie personen tot stand is gekomen, is irrelevant. Ook de aanslag zuiveringsheffing is terecht opgelegd. De zuiveringsheffing is niet afhankelijk van de vraag of iemand ingezetene is, maar of iemand gebruiker is van de woonruimte. Voor zover X betoogt dat op grond van andere regelingen, zoals het Rijksverzorgingsbeleid voor Ambonezen, de Nederlandse Staat verantwoordelijk is voor het voldoen van de onderhavige heffingen, kan dat de rechtmatigheid van de aanslagen niet aantasten. Het hoger beroep is ongegrond. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk, omdat het duidelijk niet kan slagen (art. 80a lid 1 Wet RO).
Opmerking
Soms klinkt in fiscale zaken het het koloniaal verleden door. Zo ook in onderstaande procedure over de aanslagen watersysteemheffing ingezetenen en zuiveringsheffing woningen over 2019.
Belanghebbende is een kleinzoon van oud-KNIL-militairen en betoogt dat de Nederlandse Staat op grond van regelingen die betrekking hebben op ex-militairen verantwoordelijk is voor het voldoen van de heffingen. Het hof is van oordeel dat de regelingen de rechtmatigheid van de aanslagen niet aantast en geen onderwerp van geschil is. De aanslagen watersysteemheffing ingezetenen en zuiveringsheffing woningen zijn terecht opgelegd. Volgens het hof is voor de watersysteemheffingen van belang dat belanghebbende is ingeschreven in de basisregistratie personen en gebruik maakt van een woonruimte en de wijze hoe de inschrijving in de basisregistratie personen tot stand is gekomen is in dat kader niet relevant; dus ook niet de stelling, dat belanghebbende geen ingezetene is, maar staatsburger van de Republiek der Verenigde Staten van Indonesië, wat daar ook verder van waar is. Voor de zuiveringsheffing volstaat volgens het hof dat belanghebbende gebruiker is van de woning. De HR doet de zaak met art 80a RO af.
Een rechttoe rechtaan redenering van het Hof. Maar de pijn van belanghebbende is voelbaar, als het Hof oordeelt, dat “voorzover belanghebbende betoogt dat op grond van andere regelingen, zoals bijvoorbeeld het Rijksverzorgingsbeleid voor Ambonezen, de Nederlandse Staat verantwoordelijk is voor het voldoen van de onderhavige heffingen, kan dat de rechtmatigheid van de aanslagen niet aantasten en geen onderwerp van dit geschil zijn. Het hof wijst overigens op uitspraken van het Hof Amsterdam en Hof Arnhem-Leeuwarden, waarin vergelijkbare stellingen zijn verworpen. De tegen deze uitspraken ingestelde cassatieberoepen zijn door de HR met toepassing van artikel 80a RO, niet-ontvankelijk verklaard.
Natuurlijk, het kan zijn, dat belanghebbende een gewiekste profiteur is van de oude rechten van zijn kennelijk Molukse opa en oma. Maar het kan belanghebbende ook hoog zitten, dat Nederland die rechten niet voldoende laat doorwerken naar de nazaten van deze Molukse oud KNIL militairen die onder voorwendsel van een tijdelijk verblijf gedwongen werden zich in te schepen en in 1951 in Nederland aankwamen. Fiscaal irrelevant, maar toch.
https://npokennis.nl/story/188/waarom-kwamen-de-molukkers-naar-nederland
Ricky Turpijn