Citaat Plato: “Een goed rechter moet niet te jong zijn; hij kan beter wat op leeftijd zijn en ervaring hebben met onrecht”
Taxlive 24/11/23 VNVandaag 23/11/23
Bron: Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 07-11-2023 (publicatie 17-11-2023) 23714 en 23715 ECLI:NL:GHARL:2023:9550
https://uitspraken.rechtspraak.nl/#!/details?id=ECLI:NL:GHARL:2023:9550
Samenvatting
In de belastingkamer van het hof treedt X op als rechterplaatsvervanger. In een zaak wordt de inspecteur vertegenwoordigd door een docent bij dezelfde organisatie waar X hoogleraar is. X dient een verschoningsverzoek in.
De wrakings- en verschoningskamer van Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat gezien de omstandigheden en gezien de aanbevelingen in de leidraad onpartijdigheid en nevenfuncties in de rechtspraak, de betrokken rechter zich mag verschonen.
Opmerking
Collega van raadsheerplaatsvervanger is procespartij. Verschoningsverzoek toegewezen. Citaat Plato: “Een goed rechter moet niet te jong zijn; hij kan beter wat op leeftijd zijn en ervaring hebben met onrecht”
De AWB kent in onderdeel 8.1.4 een regeling voor wraking of verschoning van rechters. Het lijkt een nationale sport te zijn om de rechter in functie eerst maar eens te wraken vanwege vooringenomenheid in de aanhangige procedure. Soms lukt het, meestal lijkt de wrakingskamer daar niet voldoende grond voor te vinden. Maar het komt zelden voor, dat de rechter een verzoek om verschoning doet in een lopende zaak. Art 8.19 AWB geeft de rechter de mogelijkheid dit verzoek te doen en een meervoudige kamer behandelt dit verzoek. Kennelijk is er een procesgang voor nodig en mag de zich verschonende rechter dit dus niet zelf afhandelen. Zo ook in onderstaande verschoningsprocedure. De Leidraad onpartijdigheid en nevenfuncties in de rechtspraak is een regeling, waarin de rechter ervoor dient te zorgen geen zaken te behandelen waarbij als procespartij iemand uit zijn persoonlijke of zakelijke kennissenkring betrokken is. Dit kan de rechter noodzaken die zaak niet te behandelen. Laat dat nu het geval zijn met de procederende belastinginspecteur, die kennelijk ook werkzaam is op dezelfde universiteit als waar de zitting houdende rechter ook hoogleraar internationaal belastingrecht is en samenwerking regelmatig plaatsvindt. Deze rechter dient dus dat verschoningsverzoek in en dat verzoek wordt ingewilligd door een meervoudige kamer. Nu wordt omstandig de beslissing gemotiveerd. Er lijkt niets aan de hand, omdat de hoogleraar/rechter slechts een van de behandelende rechters is. Maar het lijkt mij, dat de meervoudige kamer het verzoek altijd zal inwilligen om elk vermoeden van vooringenomenheid te vermijden. Tegen de beslissing staat geen beroepsmogelijkheid open. Abusievelijk wordt in de uitspraak daarvoor verwezen naar art 8.18, lid 5 AWB in plaats van art 8.20, lid 3 AWB. Opmerkelijk is, dat de naam van de hoogleraar niet is geanonimiseerd, maar de universiteit wel. De informatie is gewoon op Google te vinden. Maar hoe dan ook, wel een klopje op de schouder van de zich verschonende rechter/hoogleraar belastingrecht waard.
Ricky Turpijn